De Camp, en het sportcafé zijn gebouwd en in gebruik genomen in 1989. Er was in Woudenberg behoefte aan een grotere sporthal dan de Wielewaal. Er is in die tijd heel bewust gekozen voor een locatie dicht bij de voetbal- en korfbalvelden en de tennisbaan. Bij de sporthal werd ook een sportcafé gebouwd. Het moest toch mogelijk zijn om na het sporten iets te eten of te drinken, zoals dat ook kon in de Wielewaal. Dus moest er ook gezocht worden naar iemand die het sportcafé, die in die tijd trouwens nog gewoon ‘de kantine’ heette, ging runnen.

De rest is geschiedenis, want sinds de start van De Camp zijn Jan en Janny van Baaren het gezicht van De Camp. Maar hoe zijn deze twee Woudenbergers het sportcafé begonnen? Waarom zijn juist zij in het sportcafé aan de slag gegaan. En wat is er allemaal gebeurd in de afgelopen 33 jaar? We halen aan de keukentafel bij Jan en Janny thuis herinneringen op uit de rijke historie van De Camp.

In deze eerste editie: De start van De Camp in 1989

De eerste stappen in de horeca van Jan en Janny werden gezet in 1981. “Na het overlijden van de beheerder van het toenmalige verenigingsgebouw in Woudenberg, de heer Pol, kwam de heer Bielderman (eigenaar van de toenmalige Vivo voor de oud Woudenbergers onder ons) naar ons toe met de vraag of het beheer van het verenigingsgebouw niets voor ons was” geeft Janny aan. “Hij had ons meerdere malen bezig gezien achter de bar van de Wielewaal. Jan en ik stonden nog wel eens achter de bar op avonden dat er werd gevolleybald. Daar, in de Wielewaal heb ik ooit mijn eerste biertje getapt” lacht Janny, en je wil niet weten hoe die eruitzag. Het was meer schuim dan bier. Maar goed, iedereen moet het leren, toch”.

Op basis van ‘laten we het maar proberen’ zijn Jan en Janny toen begonnen in het verenigingsgebouw. “Dan zien we het wel” zei Janny toen. “We zijn toen ‘op stok’ gegaan. Niet wetende zovele jaren later hoe we één zijn geworden met het horecavak”.

“We zijn begonnen met de avonden, en het beheer en schoonmaken van het gebouw” vervolgt Jan. “We kregen daar duizend gulden in de maand voor. En we deden het samen naast ons eigenlijke werk” Janny: “Bielderman is daarmee eigenlijk onze eerste ‘baas’ geweest in de horeca”.

Jan werkte tot dat moment ook nog bij Bouwbedrijf Lambalgen als timmerman. Janny was naast moeder en huisvrouw ook hulp in de huishouding bij andere gezinnen. Enkele jaren hebben beide Woudenbergers het eigenlijke werk en het verenigingsgebouw met elkaar gecombineerd.

Verenigingsgebouw

Tot 1989 zijn Jan en Janny naast hun werk ook druk geweest in het verenigingsgebouw. In augustus 1989 werd namelijk ook De Camp in Woudenberg opgeleverd. Een nieuwe, grote sporthal met 4 kleedkamers en een kantine gebouwd vlak naast de sportvelden. Voor de kantine van de nieuwe sporthal werd gezocht naar een exploitant. De toenmalige stichting zocht, als eigenaar van De Camp, een horeca-uitbater en tegelijkertijd naar een (gedeeltelijke) beheerder van het hele gebouw.

“Ik weet nog goed, in het begin werkte we met een boek om de aanwezigheid van sportverenigingen vast te leggen” geeft Jan aan. “Iedereen moest zich toen bij ons melden. Vervolgens gingen we met de hoofdsleutel en de zaalwacht een rondje doen langs de kleedkamers om te laten zien hoe ze het ook weer moesten achterlaten. Zo ging dat in die tijd, en dat is nu nauwelijks meer voor te stellen. “Iedere zaalwacht moest vervolgens aan het einde van de avond tekenen in het boek voor het netjes opleveren en inleveren van de sleutel”.

Het verenigingsgebouw heeft nog 5 jaar gefunctioneerd naast De Camp. 5 jaar lang hebben Jan en Janny De Camp en het verenigingsgebouw beheert. Maar hoe zijn ze eigenlijk in De Camp terecht gekomen? Jan en Janny leggen het samen uit:

Inschrijven voor De Camp

“Arnold van de Hengel, onze vertegenwoordiger van Heineken toen in het verenigingsgebouw, had al een paar keer aan ons gevraagd of we al hadden ingeschreven voor de horeca en het beheer van De Camp. Maar we vonden het eigenlijk allemaal wel goed zo” zo geeft Janny aan. “Tot we op een gegeven moment thuis zaten te eten met de kinderen en Arnold aan de deur stond om het nogmaals te vragen”. “Arnold wist vanuit het verenigingsgebouw dat wij heel goed van betalen waren” vult Jan aan. Hij zag het dus erg zitten als wij de Camp zouden gaan runnen”.

“Ik heb toen tegen Arnold gezegd dat we wel zouden inschrijven, ook om van het gezeur van Arnold af te zijn” lacht Jan. “Ik heb toen Jan Vlot van de stichting gebeld en die gaf meteen aan dat we nog één uur de tijd hadden voordat de inschrijving zou sluiten. We waren wel nummer 16 gaf Jan Vlot aan. Dat vonden wij eigenlijk wel prima, want wij dachten al dat krijgen we nooit. Maar de inschrijvingsbrief lag wel net op tijd bij de stichting. En toen werd het afwachten”.

“Van de 16 inschrijvingen vielen er in eerste instantie 8 af, zo hebben wij begrepen. Daarna nog eens 5 en dus bleven er 3 inschrijvingen over. Dat waren alle drie stellen uit Woudenberg” geeft Jan aan. “En toen gebeurde het. We zaten te eten rond een uur of 5 en opeens stonden de heren Schreuder, Wolfswinkel en Vlot bij ons voor de deur. Gefeliciteerd werd er geroepen. Hoezo gefeliciteerd” vroeg Jan. “Jullie zijn het geworden. Jullie zijn de nieuwe eigenaren van de kantine en beheerders van De Camp”.

“We waren daar heel beduusd van” geeft Janny eerlijk aan. “We hadden het echt niet verwacht”. Ik zat eigenlijk heel best bij Ries Lambalgen” vult Jan aan. “Al 25 jaar. En ’s avonds deden we verenigingsgebouw en dat leverde ook nog wel iets op. We hadden absoluut geen klagen. En toch gingen we met veel plezier aan de slag”

En toen begon het allemaal. Ondertussen hadden Jan en Janny een bedrijfsplan geschreven en ingeleverd waarin opviel dat ze alles naar zich toe wilden trekken. Geen schoonmaakbedrijf die De Camp schoonhoud, maar alles zelf doen. Datzelfde gold voor het klein onderhoud. En met Jan zijn achtergrond als timmerman zat dat wel goed.

De kantine moest casco opgeleverd worden. Dat was een wens van Jan. Zodat ze zelf de hele kantine konden inrichten. “We hebben echt alles zelf gedaan” zegt Jan. “Plafond, vloeren, wanden en uiteraard de bar. Volledig zelf gemaakt en ingericht, en zelf helemaal geïnvesteerd. Met een klein beetje hulp van de bank. Maar met de rentepercentages van toen, we hebben nog nooit zo snel een lening weer afgelost” lacht Jan.

Hard werken, maar met ontzettend veel plezier

“Het was vanaf het begin keihard werken. Maar dat gaf niets. De avonden zaten eigenlijk gelijk helemaal vol met sport. En natuurlijk hadden we in het begin ook nog het verenigingsgebouw erbij. En na de sport gingen we gelijk schoonmaken. Dat werd regelmatig nachtwerk. Maar de koffie en de uitsmijters die we vaak gingen eten in Motel Maarsbergen smaakten dan heerlijk. We zijn letterlijk in een volledig andere wereld terecht gekomen sinds de start van De Camp” geven Jan en Janny overtuigend aan. “Voor ons een prachtige start van een nieuw hoofdstuk in ons leven. En tot op de dag van vandaag hebben we er geen moment spijt van gehad”.

In de volgende editie: de bouw van het cultureel centrum en het afscheid van het verenigingsgebouw.